Voor het derde jaar op rij hebben de opsporingsdiensten minder cocaïne onderschept in de Rotterdamse haven. In 2024 werd er 25.900 kilo cocaïne in Rotterdam veiliggesteld, bijna de helft minder dan het jaar ervoor. In contrast werd in de havens van Zeeland-West Brabant juist zo'n 1000 kilo meer gevonden, met een totaal van 12.664 kilo.
Opvallend is dat criminelen in Rotterdam steeds vaker kleinere partijen cocaïne - minder dan 100 kilo - verstoppen. Dit lijkt een bewuste tactiek van de criminelen te zijn, mogelijk om risico's te spreiden.
Criminelen worstelen met het veilig krijgen van hun drugs via Rotterdam naar Europa. Ze verstoppen de cocaïne steeds inventiever. Zo werd bijvoorbeeld cokepasta op een bananendoos aangetroffen, wat aangeeft dat criminelen meer moeite moeten doen om de drugs binnen te krijgen.
Er was een afname te zien in het aantal uithalers in de Rotterdamse haven. Waar in 2023 nog 452 uithalers werden betrapt, daalde dit aantal tot 266 in 2024. De jongste uithaler was 14 jaar oud, terwijl de oudste 63 was. Het grootste deel van de uithalers was tussen de 18 en 22 jaar oud.
Omgekochte chauffeurs konden eerder eenvoudig containers ophalen door pincodes te kennen, maar dit is gestopt op advies van de politie. Nu zijn strengere beveiligingsmaatregelen van kracht, waaronder het ophalen van containers via een beveiligde techniek. De nauwere samenwerking tussen Europese en Zuid-Amerikaanse autoriteiten helpt ook bij het uitwisselen van informatie over smokkelroutes.
In verschillende Europese havens veranderen de internationale cokestromen, wat invloed heeft op drugsvangsten. In Rotterdam, Antwerpen en Hamburg werden minder cocaïnevangstingen gedaan, terwijl havens in Frankrijk en Spanje juist meer coke onderschepten.